1799 Oproer in Volendam

Omdat de Volendammer haven te ondiep was om de botters af te meren, wilden de vissers geen havengeld betalen. De gemeente dreigde dat – als de schippers in gebreke bleven en niet betaalden – hun botters bij executie verkocht zouden worden. Maar de Volendammers hielden koppig vast aan hun besluit. Toen de gemeentebode langs de woningen van de vissers het havengeld wilde ophalen, kreeg hij maar acht gulden los. Daarna ging de ontvanger van de gemeente langs om te zeggen dat de botters van de weigeraars aan de ketting gelegd zouden worden. Maar de ambtenaar moest ijlings de vlucht nemen, toen hij allerlei verwensingen en de grofste beledigingen naar zijn hoofd kreeg geslingerd. Daarna werd de schout ingeschakeld. Hij kreeg opdracht de botters van de weigeraars aan de ketting te leggen en de twee aanstichters gevangen te nemen. Maar de twee Volendammer vissers zeiden: “Als jullie aan onze botters komen, dan zullen wij dat met ons leven verhinderen!” Door deze dreigende taal vond men het niet raadzaam om de botters aan de ketting te leggen. Er dreigde nu in Volendam een ware opstand. De zondag erop ging de schout met zijn mannen weer naar Volendam. Daar kregen ze te horen van Crelis Maas: “Eerst moet de haven verbeterd worden en daana zullen wij betalen” Even later gingen ze naar Jacob Steur. Die slingerde brutale uitdrukkingen naar het hoofd van de schout en spuugde op de grond en schreeuwde. “Jullie zijn voor Volendam geen cent waard”. Op dat lawaai kwam een menigte Volendammers de herberg in. Ze raakten in gesprek en de Volendammers beloofden dat ze de helft van het havengeld wilden betalen als het gemeentebestuur beloofde de haven uit te diepen. Met dit antwoord konden de gemeentedienaren – toch wel met vrees voor hun leven – door de mensenmassa naar Edam vertrekken. Daarna was het weer de beurt voor de hoofdofficier. Hij gaf zijn soldaten bevel de twee raddraaiers te arresteren en hun botters aan de ketting te leggen. Met grote overmacht trok men naar Louw Sijmense Groot en Jacob Steur. Zij werden gearresteerd en de botters vastgelegd. Uiteindelijk zei Louw Groot: “Als je mij een half uur geeft, dan kom ik met het geld terug.” Dat gebeurde en daarna werd hij weer vrijgelaten.

Reacties zijn gesloten.